Begin januari, die dagen zijn voor mij de meest vage. Je weet niet precies welke dag het is en kerst is achter de rug. Er zijn wel tulpen, maar het voorjaar lonkt nog lang niet. Kortom: het is niet m’n beste tijd. Dat ik ook al weken niet gegolft heb (lees getraind met Roy), zit me dwars. Over een week hebben we les en Meester Marc gaat niet blij zijn als ik niet geoefend heb.
Het is dus geenszins de bedoeling, volgens deze criticaster, dat je lol hebt in het spel?
Collega Niki komt met een geniaal plan op Whatsapp: “Neem lekker je dochters mee, dan gaan we golfen bij ChiChi in Utrecht.” Ze verzekert dat het leuk en ontspannen is. Geen prestatiedruk of gehijg in je nek om starttijden. Als we bellen, strooit ze met termen als ‘heaters, games en cocktails.’ Ach, zo’n golfvenue kan ik best een keer met de familie proberen, denk ik.
Telkens als ik over mijn ervaringen als beginnende golfer schrijf, krijgt de redactie een paar negatieve mails binnen. Ik citeer wat frasen van ene Theo (al heb ik keurig de taalfouten eruit gehaald): ‘Na één uur golf al in het clubhuis aan de alcoholische versnaperingen? Really?’ of: ‘Dit zijn stukjes voor mensen die geen oprechte interesse hebben in de sport, het zijn pretgolfers’.
Vooral om dat laatste moet ik dan hard lachen. Het is dus geenszins de bedoeling, volgens deze criticaster, dat je lol hebt in het spel? Wat een waanzin ook, chocolademelk met rum drinken als het buiten -10 is! Uit nieuwsgierigheid zoek je toch de persoon even op. En wat blijkt? Kritiek komt vooral van zeventigplussers, die klimmen nog in de Facebook-pen als ze groeipijn hebben. Het deert me weinig, want ik heb een missie - en dat is leren golfen.
De tieners hebben zin in een middagje ChiChi, ik ook. Bij aankomst krijgen we de pincode van onze gereserveerde bay. Clubs hoef je niet te bezitten, want elke bay heeft er standaard een stuk of tien. Sommige klanten hebben wel hun eigen tas mee en dat is ook prima.
Wat een heerlijk concept voor een niet fanatieke, luie poes als ik: de golfballen komen automatisch omhoog, degene die het verst slaat heeft niet automatisch gewonnen (dat ligt aan welk spel je scherm kiest) en tussen het slaan door plof je neer op een heerlijke loungebank. Laat Theo en consorten het niet horen, maar ik ben overstag. Geloof me: pretgolf heeft de toekomst.
Het is druk op deze zaterdag en we staan op de eerste verdieping. Dat maakt het nog leuker om af te slaan, want je hebt al hoogte. Ik overdrijf niet als ik zeg dat er vijftig man personeel loopt en alle bays bezet zijn. En doordat je het gevoel krijgt dat er niemand op je let, gaat het slaan, bij mij, bijzonder goed. Soms een rare uitvlieger, maar de meeste ballen gaan recht en ver.
Kijken is ook goed, als u maar een beetje plezier hebt
Toch verlies ik het potje ‘landjepik’, tot grote vreugde van de dochters. We bestellen drank en snacks en als het uur bijna voorbij is, en ik nog even met de driver mep, hoor ik tegenover me: “Mevrouw, mevrouw.” De oudere man die naast ons speelt, samen met zijn drie volwassen zoons, zegt: “Kunt u mij misschien een lesje geven? Want ik heb werkelijk nog geen bal kunnen slaan…” Ik lach.
Dan aarzelt hij: “Ik kan er alleen maar naar kijken.”
“Geeft niks meneer”, zeg ik. En ik steek mijn duim op. “Kijken is ook goed, als u maar een beetje plezier hebt." Hij knikt en wijst naar zijn zoons, die hem guitig staan uit te lachen omdat hij met mij flirt. “Nou, dat zeker."
Het hele tafereel is toevallig opgenomen, omdat Niki mijn swing op camera wilde vastleggen.
"Kijk", zeg ik tegen de tieners. "Dat is nou een leuke oudere man, een die gewoon nog veel plezier heeft.” En ik weet zeker dat hij geen Theo heet.