Je moet er iets langer voor uittrekken om er te komen dan wanneer je naar golfwalhalla’s als Portugal of Zuid-Spanje reist, maar Noord-Afrika en Marrakech liggen binnen een vliegbereik van nog geen vier uur. Op de banen waar zo’n paar honderd speelsters de voorbije weken streden voor een mooie toekomst op de Ladies European Tour, hing ik nog niet zo lang geleden de golftoerist uit. Marrakech dus, de stad van de drukke soukhs, mooie paleistuinen, ronkende Dockers (brommers), rode muren en vandaag de dag zo’n vijftien golfbanen. Dat kunnen er over vijf jaar weleens twintig zijn, want ruimte genoeg in en rond de stad die in poëtische loftuitingen ook vaak de dochter van de woestijn wordt genoemd.
De vrolijke lach van de caddiemaster is een mooi contrast met blonde Jack
Wie aan het drukke centrum is ontsnapt en op een van de vele uitgaans- annex toegangswegen rijdt, ziet dat hier en daar flink wordt gebouwd. Vrijstaande villa’s, apartementencomplexen en kleinschalige resorts worden afgewisseld met, nu nog, grote stukken braak liggend terrein. Sommige van de resorts die de afgelopen decennia werden gebouwd zijn al voorzien van een of meerdere golfbanen. De golfindustrie in Marokko werd in de jaren 70 mede geïnitieerd door de koninklijke familie. Ook de huidige koning Mohammed VI mag graag een balletje slaan. Hij heeft dat meegekregen van zijn vader Hassan II, naar wie een oud-toernooi op de DP World Tour (Hassan II Golf Trophy) is vernoemd. Royal Golf Marrakech is de meest exclusieve baan die aan de koninklijke familie is gelieerd, maar ik kom de koning voor het eerst tegen op Samanah Golf. Althans een groot portret van de man.
Hij is overigens niet de enige persoon die je groot afgebeeld terugvindt op de muren en wanden van de clubgebouwen op dit golfcomplex. In aantal afbeeldingen wordt hij overtroffen door Jack Nicklaus. De Amerikaan heeft dan ook deze baan ontworpen. Van de banen die ik in Marrakech speel (ook Palm Golf Ourika en Al Maaden Golf staan op mijn lijstje) is Samanah wel de golfbaan met de meeste Moorse accenten. De caddiemaster steekt breed lachend zijn hoofd door het raam van zijn verblijf bij de eerste hole als ik me meld. Dat vrolijke gezicht geeft een mooi contrast met alweer een beeltenis van de blonde Jack. Boven ons scheert een aantal militaire showvliegtuigjes. Ze oefenen voor de Marrakech Air Show van een week later, vertelt de caddiemaster, terwijl hij nog even mijn buggy met rechtingaanwijzers naloopt.
De behulpzaamheid hier is van een ander level. Dat merkte ik al op de drivingrange - waar me letterlijk en figuurlijk alles uit handen werd genomen - en in de golfshop, toen ik op zoek was naar een nieuw handschoentje en een geluksbrengertje. De vriendelijke verkoopster begreep wat het laatste betreft eerst niet helemaal wat mijn bedoeling was, maar eenmaal duidelijk haalde ze ergens een potje vandaan waaruit ze een marker met het Khamsa-teken viste. Ook wel bekend als de hand van Fatima, het symbool voor geluk en het weren van kwaad. Met mijn kwaliteiten als golfer kan het dragen van zo’n amulet op de golfbaan zeker geen kwaad, dacht ik, dus die missie was tenminste geslaagd.
Golfbanen in Marrakech zijn misschien niet zo goedkoop als je zou denken (een gemiddelde ‘losse’ greenfee bedraagt zo’n 80 euro), maar in combinatie met een golfreis via een touroperator ben je allicht voordeliger uit. Over smaak en schoonheid valt te twisten, maar de kwaliteit van de banen is zonder meer hoog. Hoewel volgens de staf ook hier al strenge richtlijnen gelden voor het gebruik van bestrijdingsmiddelen, vertonen de fairways en greens nauwelijks ‘slijtagesporen’. Het veelal gebruikte Bermudagras is zeker voor de minder geoefende golfer, voor wie het slaan van plaggen nog een kunst op zich is, heel fijn.
Het valt niet op, wellicht omdat het schitterende Atlas-gebergte in de zichtbare nabijheid je op het verkeerde been zet, maar de golfbanen in en rond Marrakech liggen zo’n 500 meter boven de zeespiegel. Voordeel: je bal vliegt in de warmte een stukje verder dan je gewend bent. Met dat voordeel én met mijn geluksmarker werd het rondje op de 18 holes van Samanah een waar genot. Totdat aan het einde van de eerste negen holes een muskietenleger mij tegemoet vloog; muggenvolk dat helaas niet aan het oefenen was voor een luchtshow, maar frontaal de aanval koos. Hoewel de greenkeepers mij en andere golfers liefdevol met spuitbussen vol insectenwerende inhoud opvingen, was er geen kruid tegen gewassen. Maar dat ontdekte ik pas verderop in de baan.
Gelukkig maar, anders had ik mijn moment bij het theehuisje voor hole 10 misschien wel gemist. Een ervaring die je op Samanah Golf zeker niet mag laten schieten. De ontvangst in het huisje is al een belevenis op zich, de manier waarop het theemannetje de hete drank in het kopje laat stromen evenzeer.
Op naar de tweede negen, de pesterijen van de muskieten voor lief nemend. Dan maar extra genieten van het uitzicht op het Atlasgebergte, van de ene bal die verrassend genoeg nog de rode zandvlakte carriede en de vrolijke lach van de caddiemaster na terugkeer bij het clubhuis. Note to myself: op de volgende golfbaan een caddie mee de baan innemen in plaats van een buggy met richtingaanwijzers. Je bent goedkoper uit en bezorgt een lokale zzp’er ook nog eens inkomen.
Alsof het golf alleen al niet avontuurlijk genoeg was op Samanah volgt er nog een ‘toegift’. Bij de bar een heerlijke koffie besteld - even getwijfeld of ik daarbij nog een fles wasmiddel had gewild (ja, hier wordt ook nog een klein supermarktje gerund) - om vervolgens op het terras in de stoel die kennelijk voor Rory McIlroy was bestemd de schade (lees: jeukbulten) aan ledematen op te nemen. Grappig, ik had ook op de plek van Tiger Woods of Gary Player kunnen gaan zitten, maar dat doe je dan toch maar niet. Leuke details, die het kleine leed van de muskieten naar de vergetelheid verdringen. De eindbalans is meer dan positief. Marrakech is voor de reislustige golfer eigenlijk een moetje.
Tot slot word ik bij het afsluitende bezoek aan de kleedkamers nog wel pijnlijk geconfronteerd met de slordigheden op de laatste hole. Leuk om juist hier nog even je zonden te overdenken. Waarom had ik me voor de afslag op deze blijkbaar verraderlijke hole niet even verdiept in de gevaren die er op de loer liggen? Maar ja, zo valt er altijd wel wat te zeiken.