Doel
Je leert bewust op te lijnen met je putter en je lichaam en dan specifiek met de lichaamslijnen schouderlijn, middenriflijn, heuplijn en voetlijn.
Uitvoering
Neem je stand in met de putter op het doel. Plaats vervolgens je putter tussen je voetlijn en de ballijn. Verifieer of je goed staat opgelijnd door een aim stick voor je bal te plaatsen, perfect gericht op het doel. Wat je wilt: de putter op het doel en je voetlijn parallel, dus links van het doel voor een rechtshandige speler en rechts van het doel voor een linkshandige speler. Sta je niet goed opgelijnd? Plaats dan je putter parallel aan de aim stick. Ga startklaar staan parallel aan je putter en neem je stand weer in. Kijk naar de hole: een keer, twee keer en nog een derde keer om je beeld te kalibreren. Met andere woorden: hoe ziet goed opgelijnd eruit?
Variatie
Train dezelfde drill op putts met een hellend vlak.