Een goede basis bij het putten zorgt ervoor dat je ballen vaker uitholet. Rob Mouwen, PGA-pro gespecialiseerd in putten, legt uit waar je op moet letten.
Visualiseer de startlijn van de bal naar de hole. Parallel aan deze lijn plaats je de voeten-, knie-, heup-, onderarm-, schouder- en ooglijn. Met het clubblad loodrecht op deze lijnen ben je perfect in positie en maak je het jezelf veel makkelijker tijdens de stroke.
Plaats de voeten onder de heupen. Met deze wat smallere stand kan het onderlichaam iets makkelijker meedraaien tijdens de beweging. Als het onderlichaam helemaal stokstijf is, hebben de handen de neiging te actief te worden. Zorg dat de neus, het borstbeen en clubblad in één lijn staan. Het bovenlichaam staat op deze manier in een natuurlijk rechte stand. Door rechtop te staan met de club voor je (zie hieronder linkerfoto), vervolgens naar voren te scharnieren (buigen vanuit je heupen) heb je direct een goede oefening om de set-up te trainen.
Heb je ooit een papiertje in de prullenbak gegooid met het hoofd scheef? Waarschijnlijk niet want dat maakt het mikken en gooien een stuk moeilijker. Bij het putten wil je het hoofd ook in een natuurlijke stand houden. Om de lijn van de putt goed te kunnen zien en uitvoeren moet het linkeroog precies boven de bal zijn met het gezicht parallel aan de grond en de kin naar de borst (zie hieronder rechterfoto).
De posities in de beginstand wil je zoveel mogelijk behouden tijdens het putten. Dit bereik je door een kleine schouderdraai te maken waarbij de bovenarmen licht contact blijven houden met de romp. Met een handdoek geklemd tussen bovenarmen en romp kun je dit perfect voelen en trainen.
In een ronde krijg je veel putts tussen de één en drie meter. Als je die weet te maken, ga je echt scoren dus train die afstand. Dit is een heel goede oefening om de training uitdagender te maken. Plaats drie tees voor de hole. Binnenkant links van de hole, in het midden en binnenkant rechts. Plaats de bal op een meter. Het doel is met de putt een tee omver te slaan en tegelijkertijd de bal te holen. Doe dit met alle drie de tees. Herhaal de oefening op twee meter en drie meter. Hoeveel tees sla je om en hoeveel ballen hole je? Een goede score zou zes zijn uit de negen ballen. Het idee achter de tees links en rechts van het midden is dat golfers de neiging hebben preciezer te worden als het doel kleiner is.
Dit is een heel goede oefening om die vervelende 3-putts te vermijden. Start op zes meter van de hole met drie ballen. Speel bal voor bal in de hole met een maximale score van zes slagen. Bij een score van zes slagen of minder doe je de oefening op acht en tien meter. Als dat goed gaat speel je terug van tien meter, naar negen, acht, zeven en zes maar dan steeds met één bal. Maak je ergens een 3-putt dan moet je opnieuw beginnen bij tien meter.
Augustus = puttmaand: de maand augustus staat in het teken van putten. Kijk hieronder voor artikelen en instructievideo's over deze thema's.