De gemiddelde golfer gebruikt tijdens een ronde voor 40% van zijn slagen de putter. Daarom is de green de plek waar de meeste golfers veel winst kunnen boeken. De kunst van het putten is om op de green de bal binnen maximaal twee slagen in de hole te krijgen! Maar hoe doe je dat eigenlijk? Bekijk nu de top-5 putting video’s van GOLF.NL. De snelste manier om beter te scoren!
1) Alles begint bij een goede grip!
Hoe goed je de techniek ook beheerst, als je grip niet in orde is, wordt het heel moeilijk om een goede putter te worden. Bij de juiste grip plaats je de putter in de levenslijn van je handen. Hoe je dat doet? Bekijk de video:
en accepteer marketing cookies om deze video te kunnen bekijken.
2) Clubblad recht houden
Het clubblad recht houden is essentieel, zeker bij de kortere putts. Een perfecte oefening om dat te trainen is het duwen van de bal in de hole. Bekijk de video:
en accepteer marketing cookies om deze video te kunnen bekijken.
3) Controleer de snelheid
Je wilt putts natuurlijk holen, maar belangrijk is ook dat je geen lange putt overhoudt als je mist. Daarom is het zo belangrijk dat je bij het putten niet alleen de richting traint maar ook de snelheid. Bekijk de video:
en accepteer marketing cookies om deze video te kunnen bekijken.
4) Putten met pendule-beweging
Met beter putten kun je heel veel slagen winnen. Roberto Schuit, professional op de Haarlemmermeersche Golf Club, laat zien hoe je die vervelende 3-putts kunt voorkomen door de lange putts dichter bij de hole te slaan. Bekijk de video:
en accepteer marketing cookies om deze video te kunnen bekijken.
5) Putts met break
Helaas zijn greens zelden vlak en dus hebben putts heel vaak een break. Dan gaat het erom de perfecte combinatie te vinden tussen de lijn waarop je de bal laat vertrekken en de snelheid die je meegeeft. Hoe je dat doet? Bekijk de video:
en accepteer marketing cookies om deze video te kunnen bekijken.
Conclusie
De grip is heel bepalend
Het clubbald: De voeten een clubbladbreedte uit elkaar.
Draai (voor rechtshandige golfers) de linkervoet wat meer naar het doel.
Balpositie is onder het borstbeen, bijna ter hoogte van de linkerhak.
Gewicht is wat meer op de voorste voet.
De handen zijn boven of iets voor de bal.
Controleer je snelheid; zorg ervoor dat je achterzwaai even groot is als je doorzwaai
