Doel
Je leert om de club in een functionele baan te laten bewegen.
Uitvoering
Leg 2 toursticks evenwijdig op de grond in de richting van het doel, waarbij de afstand tussen de sticks net iets breder is dan je clubhoofdbreedte. Plaats ook een tourstick aan de voor- en achterzijde van de ‘landingsbaan’ op de baldoellijn. Leg de bal midden tussen de toursticks en speel deze naar de hole zonder de sticks te raken. Check je backswing en doorzwaai door goed te kijken naar de toursticks aan de voor- en achterzijde van de landingsbaan. Stel: er komt een laserstraal uit het clubhoofd van je stok, schijnt deze dan in je achterzwaai naar de tourstick aan de achterzijde van je landingsbaan en in je doorzwaai naar de stok die vóór je landingsbaan ligt? Zo ja, dan laat je je bal in een functionele baan bewegen.
Variatie
Zet de toursticks onder een flauwe hoek in de grond. Probeer in je achterzwaai de toursticks niet te raken.