Doel
Je leert lang en moeilijk trainen om 3-putts van de kaart te houden! Train in een performance setting waarbij je de druk voelt van het moeten scoren!
Uitvoering
Als basisoefening putt je 9 ballen: 3 vanaf 12 meter, 3 vanaf 10 meter en 3 vanaf 8 meter. Afstanden waarin je met gemak drie keer een 2-putt kunt maken. Werk van lang naar kort. Daarmee vergroot je de druk voor jezelf. Benader je bal zoals je in een wedstrijd doet: lijn op, putter naar het gekozen doel, voetlijn parallel, neem het doel in je op en speel de bal zo dicht mogelijk bij de hole. Is het gelukt om steeds met 2-putts uit te holen? Varieer dan in afstand en lijnen. Lukt het niet? Train dan tijdens de oefening. Je ‘stapt’ als het ware uit de performancemodus om een aantal ballen moeilijker te trainen. Bijvoorbeeld slaan met je ogen dicht of met je ogen gericht op het doel. Daarna stap je terug in de performance-oefening.
Variatie
Train op afstanden van 20-30 meter. Door deze lange putts te spelen, voelen je 10-meter putts makkelijker aan.