Beter golfen

Heel Holland putt (8)

Jan van Galen heeft het heft in eigen hand genomen en gaat werk maken van zijn golfspel. Op GOLF.NL deelt hij zijn enthousiasme en ervaringen tijdens zijn journey van 100 dagen, die van hem een betere en tevreden golfer moet maken. Deel 8: focus op putten.

Afslaan, pitchen en chippen, ik stop er heel wat energie in, maar putten is bij mij een ondergeschoven kindje. Lessen neem ik er niet in, ik doe eigenlijk maar wat, op gevoel. Dat is tamelijk dom, hield een clubgenoot mij voor, want zo’n veertig procent van je spel speelt zich af op de green. Dus, als die zwakke 3-putts keurige 2-putts worden en die doorsnee 2-putts plaatsmaken voor één stroke, dan tuimelt je handicap vanzelf omlaag.

Hoe logisch is dat!? Ik trek de stoute schoenen aan en benader niemand minder dan Robert-Jan Derksen, de gelauwerde tourpro, die op zijn befaamde Putting Academy fenomenen als Joost Luiten, Anne van Dam, Daan Huizing en ook alle nationale NGF- selecties de finesses van the game within the game bijbrengt. Of hij het putten van deze eenvoudige ziel ook eens onder de loep wil nemen. Tot mijn verbazing wil hij dat wel, want het is zijn adagium héél golfend Nederland fatsoenlijk aan het putten te krijgen.

Drie fundamentals

Ik meld mij wat beduusd bij zijn indoor-academie op het Rijk van Nunspeet. Er hangen highspeed camera’s, er staan ballrollcomputers en er is analyse- softwareapparatuur, waarmee je afwijkingen in strokes in detail waarneemt die je met het blote oog nooit kan zien. Zelfs Hayo Bensdorp, vaderlands beste puttingcoach, die hier tweeduizend uur per jaar lesgeeft, gaat zich met mij bezighouden. Terwijl hij allerlei zaken in gereedheid brengt, legt Robert-Jan de drie fundamentals uit waarmee hier steevast een twee uur durende intake wordt gestart: 1. positie ogen, 2. balans en 3. mikken.

Jan van Galen op Putting Academy van Robert-Jan Derksen

Jan van Galen op bezoek bij Robert-Jan Derksen en Hayo Bensdorp.

Ze laten me een aantal strokes maken op een supersnelle green. Verschillende camera’s leggen mijn bewegingen vast, een spiegel op de grond tussen mijn voeten en de bal meet de stand van ogen ten opzichte van de bal. De scan leert dat ik te smal sta en ook niet genoeg recht op. Mijn hoofd hangt te veel boven de bal, waardoor mijn strokes tezamen naar links afwijken, al is dat ook weer niet dramatisch veel. Maar ook kleine afwijkingen leveren net-niet-putts op. Buiten het aanpassen van mijn stand moet ik aanleren mijn ogen vijf centimeter onder de bal te richten. Bij Joost Luiten is dat twee centimeter boven de bal, vertelt Robert-Jan en bij hem gaat het om twee centimeter onder de bal. Niemand is hetzelfde.

Perfecte balans

Ik weet niet hoe ik het voor elkaar krijg maar de balanstest wijst uit dat mijn gewicht voor 33 procent op mijn linkervoorvoet rust, voor 12 procent op mijn linkerhiel, voor 46 procent op mijn rechtervoorvoet en voor 9 procent op mijn rechterhiel. Zo sta ik in principe nooit echt stil. Het hoort idealiter 4 x 25 procent te zijn. En ik sta opnieuw veel te smal. Hayo vergelijkt mijn disbalans met een omgekeerde Eiffeltoren, waarbij de top op de grond staat en de vier poten in de lucht steken. Daar klimt niemand graag op, plaagt hij. Heb ik nu zojuist de indruk gewekt een oude, beschonken man met overgewicht te zijn? Hij verzekert mij gelukkig dat de juiste balans bij de meeste golfers ver te zoeken is. Alleen de echte toppers staan er perfect bij en daardoor slaan zij structureel veel nauwkeuriger. 

Vervolgens moet ik die juiste balans zien te vinden op een zachte rubberen balk, die tussen mijn hakken en voorvoeten ligt. Ik wankel nogal, maar ik voel waar het om gaat als de disbalans even zoek is.

Nieuwe André van Duin

Robert-Jan heeft de techniek overgenomen van de internationaal gelouterde Engelsman Paul Hurrion, die lang zijn puttingcoach was en nu zijn businesspartner. Hurrions putting laboratorium in Birmingham wordt bezocht door wereldtoppers als Rory McIlroy, Lee Westwood en Henrik Stenson. Hayo geniet nog altijd intensieve begeleiding van deze unieke innovator. 

De mannen zien ten slotte genoeg aanknopingspunten om mijn putten te verbeteren, maar dan moet ik wel vervolglessen nemen. Voor mij geldt ook: je wordt pas beter als je het zeer serieus aanpakt. Ik snap de boodschap, helemaal, maar Nunspeet ligt bepaald niet in mijn achtertuin, ik stap er dus mee naar mijn eigen pro. Terwijl ik op de terugreis geïnspireerd de fundamentals in mijn hoofd nog eens doorneem, ontstaat spontaan het idee 'Heel Holland Putt', met Robert-Jan en Hayo in de rol van keurmeester en ikzelf als de nieuwe André van Duin. Ach, een beetje dagdromen mag toch?

Lees meer over
Column
Jan van Galen

Jan van Galen tobt al een tijdje met zijn spel. Dat blijft maar schommelen tussen best wel goed en best wel slecht. Goede voornemens buitelen over elkaar heen. Hij moet toch eindelijk eens serieus les nemen, mag ook weleens wat minder drinken en snacken en vooral meer bewegen. Ietwat overmoedig legt hij zichzelf een deadline op. Over 100 dagen is-ie fitter, opgewekter en de bogey-speler die hij zo graag wil zijn.

}