Joost Luiten en het chippen, het begint toch een beetje een zorgwekkend verhaal te worden. Een tikkie pijnlijk af en toe ook. Aan excuses zoeken heeft Luiten een broertje dood. Hij is altijd openhartig, eerlijk en realistisch. Als Luiten slecht speelt is hij de eerste om dat te erkennen. Over de aanhoudende worsteling met het chippen doet de winnaar van zes toernooien op de DP World Tour ook niet bepaald geheimzinnig. In diverse interviews en op zijn website heeft hij de laatste maanden herhaaldelijk gezegd dat hij last heeft van de chip-yips. In de woorden van Luiten: “Je voelt paniek als je moet chippen, de spieren gaan dan verstijven.”
De statistieken tonen het geploeter van Luiten rond de greens overduidelijk aan: vorig seizoen eindigde hij als 172ste in de categorie ‘Around the Green’. Tv-beelden liegen ook niet. Afgelopen juni in Zweden, Scandinavian Mixed. Luiten staat in de derde ronde heel hoog op het leaderboard. Op hole 8 ligt zijn bal een paar meter links van de green, tussen de hole en de bal een smal beekje, putten is geen optie. Kale ligging, paniek, spieren die verstijven, fluff, plop, water.
We zijn een maand of acht verder en de chip-yips lijkt zich als een hardnekkig virus diep in Luiten te hebben genesteld. Na gemiste cuts in Abu Dhabi en Dubai met wederom heel matig kort spel, plaatste de 36-jarige golfer afgelopen week op zijn Instagram een filmpje, chippend in de zon van Dubai met daarbij de tekst: “The shortgame is not where it should be, so let’s work hard at it.” Robert-Jan Derksen was de eerste die reageerde: “Keep working on it Joost. And remember number 1 priority for a good shortgame, keep the weight on the left foot. At least 70% of all time. And I mean ALL THE TIME. ALWAYS ALWAYS ALWAYS.”
Ik heb Derksen, trotse winnaar van de Dubai Desert Classic in 2003, hoog zitten. Zeker in zijn laatste jaren op Tour was Robert-Jan ijzersterk rond de greens. Derksen heeft ongetwijfeld de beste bedoelingen, maar ik vind het eerlijk gezegd een beetje pijnlijk om de meest succesvolle golfer die Nederland ooit heeft gekend publiekelijk van chip-tips te voorzien. Of “keep the weight on the left foot, at least 70% of all time”, een goede tip is, daar wil ik als een van de slechtste chippers van de provincie Zuid-Holland niet over oordelen. Maar een kleine rondgang langs een paar coaches/golfleraren maakt in ieder geval duidelijk dat de meningen over “altijd 70% op links” op z’n minst verdeeld zijn. Ik vermoed dat Joost deze week in de Ras Al Khaimah Classic niet alle chips met 70% gewicht op links gaat spelen, hij reageerde op Instagram wel kort op Derksen: “I will never give up derkie.” Gelukkig maar, Luiten geeft nooit op, hij blijft keihard trainen om het chippen te verbeteren.
Op Instagram kreeg Luiten ook een tip van Mark Reynolds, bekend van trick shows, golfleraar op The International en een uitstekende golfer die meerdere keren het Dutch Open heeft gespeeld. “Never hit 2 balls consecutively to the same target with same flight. Mess around with it, have some fun, using more intuition, creativity and variation of targets, lies and clubs.”
De intenties van Reynolds zijn natuurlijk goed. Maar moet je een gelauwerde professional als Luiten, zestig top-10-noteringen op de DP World Tour, via Instagram vertellen dat hij moet variëren tijdens het trainen? Ik ben zo’n golfer die naar de drivingrange gaat en vervolgens tamelijk hersenloos een emmer ballen naar steeds hetzelfde doel slaat. Joost Luiten loopt een jaar of vijftien rond op de Tour, heeft naast de beste golfers van de wereld staan oefenen, die zal toch wel weten hoe je effectief en gevarieerd moet trainen? Luiten, sympathiek als altijd, was zo aardig ook op Reynolds te reageren: ”Not only with shortgame, but in every area of golf it is good to practice that way.”
Dat mannen als Reynolds en Derksen met Luiten meeleven en hem willen helpen is natuurlijk hartstikke mooi. Maar of Luiten baat heeft bij ongevraagde adviezen waag ik te betwijfelen. Het zorgt alleen maar voor nóg meer focus op zijn chipproblemen – ik doe daar met het schrijven van dit stukje natuurlijk ook even aan mee – en dat lijkt me nou juist niet heilzaam.
Luiten geeft herhaaldelijk aan dat hij tijdens trainingen de ene na de andere chip fluitend bij – of in – de hole slaat. Als er een scorekaart in zijn achterzak zit verandert de zaak, dan slaat de paniek soms toe bij bepaalde chipschoten en verstijven de spieren. ”Het is een mentale kwestie, ik moet er doorheen spelen, dan komt het zeker goed”, aldus de huidige nummer 315 van de wereld die optimistisch blijft en sinds enkele weken werkt met Lee Crombleholme, een mental-coach die ook spelers als Andy Sullivan en Kiradech Aphibarnrat bijstaat. Natuurlijk weet Luiten heel goed hoe je moet chippen, je wint niet zomaar zes toernooien. Hij gaat de yips ongetwijfeld overwinnen, goedbedoelde tips als “Gebruik de bounce, Joost!" zijn daarbij echt niet nodig.